|
||
Inburgercursus: leer 500 woorden fase, categorie, varken, lees, neushoorn, vertegenwoordiger, amandel, lichaam, clown, grappenmaker, soort, hoe , dan, ook, gelijk, bagage, voor, voor mij, afdeling, mooi, voorspoed, grondstof, materie, badstof, taal, nederlands, gevaar, zelfs, schouder, dat, goed, braadpan, eekhoorn, kledingstuk, uitstraling, badpak, bak, balk, balpen, bamboe, travestiet, impotent, aristocratie, opstaan, overstroming, ruzie, kussen, stier, helpen, steun, hulp, veel, stank, vader, meneer, bar, lading, barak, baby-artikelen, misschien, west, zuidwesten, noord-west, afzetting, liggen, rij, troep, nieuw, net, nieuw, onlangs, nat, bedorven, bacil, vernietigen, vergeefs, stok, grens, begripsbepaling, accu, batterij, batik, innerlijk, steen, baksteen, steenkool, geur, geur, meebrengen, ui, aambeien, corpulent, schaduw, schaduw, betalen, baby, zuigeling, bajonet, belasting, moeilijk, welgesteld, zich bevinden, ontlasting, ontlasting, veranderen, ambitieus, behaard, vertrekken, durven, hoeveel, hoever, hoeveel, hoelang, betekenen, afstammen, afkomstig, zwaar, bewolkt, allerlei, gevaarlijk, getalenteerd, begaafd, liggen, hoesten, afwijkend, beleefd, inkopen doen, kennismaken, spreken, plegen, begaan, gekruid, jagen, getatoueerd, babbelen, scheiden, vertellen, compromis, dansen, gebaseerd op, roeien, demonstreren, staan, met z'n tweeën, liegen, bespreken, zwemmen, van plan zijn, orde, beraden, functioneren, aansluiten, schurk, aflossen, afwisselend, onderstreept, omgaan, bewegen, voedzaam, nuttig, baten, grapjes maken, afgod, lukken, stoppen, opmaken, vergaderen, aflopen, bebost, begroeid, met, bos, geven, volgend, rusten, bericht, actualiteit, wandelen, lopen, afspreken, beloven, getiteld, ontmoeten, herhaaldelijk, dank zij, gezegend, zeggen, vestigen, vechten, bakkeleien, rondtrekken, bloeien, aangaande, kennismaken, afspreken, ontmoeting, rijden, zweten, versterken, college , studeren, verzamelen, op bezoek gaan, bergachtig, ankeren, optreden, gelden, afspelen, duren, hollen, rennen, oefenen, varen, vakantie , druppelen, spugen, geldig, diverse, spelen, bedoelen, dromen, ademhalen, noemen, ademen, zingen, schommelen, afvuren, opstand, aankleden, geschoold, verdienen, oorlog voeren, vieren, nadenken, verhuizen, gescheiden, vasten, draaien, simpel, antwoorden, samen, samen, leunen, bereid, snikken, begroeid , verstoppen, ontluiken, voetballen, fiets, roepen, karakter , hebben, schoon, aansprakelijk, aansprakelijkheid, vragen, afvragen, zich, leunen, plakken, ontmoeten, applaudiseren, schreeuwen, ontwikkelen, achtereen, beer, veranderen, herhaaldelijk, streven, groot, koppig, ijzer, morgen, morgen, ik, uithouden, vrouwtje (alleen voor dieren), juist, groot, barbaars, toestaan, opdat, klooster, abdij, monnik, gewoon, gewoonlijk, tante, tante, lip, spreken, verloskundige, zanger, nieuwlichterij, vermicelli, kundig, verstandig, zaad, erts, kluizenaar, aantal, zeggen, getal, woning, aarzelen, dier, beest, bult, vescheidenheid, verwarring, ontdaan, beduusd, echtgenote, ster, viool, bioscoop, bier, litteken, bureau, blauw, buis, kunnen, kunnen, lawaai, biefstuk, stom, puist, bewusteloos, blik, fluweel, gewicht, lek, dom, leugen, bal (voetbal), basketbal, aarbol, mogen, atoombom, bon, marionet, slopen, verkwistend, verveeld, kaal, fles, rijstwijn, moeder, vrucht, stuk, avocado, fruit, wegwerpen, maken, product, krokodil, poeder, pap, knecht, beschaafd, beschaving, beleefdheid, knoop, vrijgezel, ongehuwd, korrel, open, deurkruk, nietwaar, geen, heuvel, bewijs, boek, taalboek, dagboek, schrift, cahier, maan, aar, dons, beschimmeld, badminton, kruiden, specerij, aarde (planeet), camping, inlander, rond, rotonde, rente, roos, afbreken, buigen, pakket, analfabeet, korrel, nodig, afgedragen, eeuw, broer, alfabet, abonnement, abstract, absurd, as, grijs, gruis, helaas, afdruk , enigszins, archeoloog, astronoom, water, aktentas, actief, acteur, actrice, actueel, ik, akkoord , wenkbrauw, algebra, alcohol, almanak, allocatie, nonchalant, vloerkleed, pakken, ambulance, amen, ampere, bovennatuurlijk, vergeving, rij, antropologie, wat, iets, hoe gaat het ermee, of, als inleiding van vraagzin, wanneer, bovendien, poffertjes, afvoergoot, richting, jenever, voorts, houtskool, troon, aardbei, beeld, are, arena, arrest, argument, autodidact, ontmaagding, lijf, begin, voorvoegsel, leek, wolk, opgelet, pas op!, duurzaam, taai, vader, zeef, kip, vooruit, kwelling, oproep tot gebed.
Terug naar GeenStijl.nl
|
||